Dus een WC-Eend— en dit is het verhaal van mijn vriend, niet het mijne— gaat naar de bioscoop, en de man die naast de WC-Eend zit, vraagt wat mijn vriend daar doet. En de WC-Eend heeft zoiets van, “wel, ik vond het boek leuk.” De man denkt daarover na. De WC-Eend kijkt hem peinzend aan en begint te lachen, hij kan het niet helpen. Dus de man is zo van: “wat is er zo grappig?’ En de eend zegt: “Sorry, sorry. Maar een WC-Eend die een boek leest? Dat is gewoon te gek! Haha!” De man probeert het zich voor te stellen en hij begint ook te lachen. Hij knikt naar de WC-Eend— je weet wel, één van die "je bent een echt grappige WC-Eend" soort knikjes— en de twee kijken samen naar de film. Daarna vroeg de man wat mijn vriend ervan vond. “Het boek was beter,” zei de WC-Eend. “Veel, veel beter.”
Verander de badkamer in een geurend veld van verse bloemen en een vleugje bergamot en groen.